Hoe alles begon…..
In de avond van 18 september 1944 werd Elsloo, Stein en Urmond door de Amerikanen bevrijd. De Duitsers die hier zaten gaven zich over of trokken zich terug. De rest van Nederland wachtte nog een lange Hongerwinter en was pas op 5 mei 1945 van de Duitse plaag verlost.
De bevrijding is de voorbode van een ongekende bevolkingsexplosie. Op 22 oktober 1945 spoedt zich een Steinse vroedvrouw op haar Solexje richting huize Thans in Meers. Achter op haar bromfietsje een koffertje met de attributen voor de bevalling. Pa Thans staat haar al op te wachten in de deuropening. De spanning voor hem is bijna onhoudbaar. Hij vertelt haar dat ze zich moet haasten. De bevalling staat op punt van gebeuren. Hij is ontzettend nieuwsgierig: wat zal het worden? Een jongetje of een meisje? Zeven jaar eerder is Miel geboren en nu is er een tweede opkomst.
Een tweetal uren later hoort hij een hartverscheurend geschreeuw uit de kraamkamer. Hij snelt naar binnen en ziet dat zijn vrouw het leven heeft geschonken aan een wolk van een jongen. En schreeuwen dat die boreling kan. Vader Thans kan maar één conclusie trekken: een kind dat zo hard kan schreeuwen moet over een geweldige blaasbalg beschikken. Het zal de voorbode zijn van vele doorwaakte nachten voor pa en ma Thans. De kleine met de roepnaam Cel huilt en schreeuwt er vrolijk op los. Hij traint zijn longen te pas en te onpas. Destijds natuurlijk niet zo leuk, maar met de wetenschap van nu weten we dat toen de basis is gelegd voor een carrière in de atletieksport.
Zijn jeugdjaren….
Cel brengt zijn jeugdjaren door op de boerderij van zijn ouders. Zijn vader werkt op de mijn. Vrije tijd kent hij niet. Als hij thuiskomt is er altijd nog werk op de boerderij te doen of is hij bezig met het verhandelen van vee.
De omgeving van de boerderij is voor de zes jaar oude Cel een prachtig speelterrein. In de omgeving is veel oorlogsmaterieel achtergebleven: losse kogels, kogelriemen, granaten en ander oorlogstuig. Welk kind kan de niet ongevaarlijke hobby weerstaan om de kogels met hun kruit tot ontploffing te brengen. Weinig kinderen… dus Cel ook niet. Gelukkig dat kinderen over de gave beschikken om thuis niet alles te vertellen. Moeder Thans zou duizend angsten hebben uitgestaan.
Cel gaat naar de lagere school in Meers. Hij verheugt zich op de jaarlijks terugkerende kermissen. Op de kermissen vergaapt hij zich aan de accordeonisten met hun prachtige accordeons. Hij is gefascineerd door de muziek die deze gasten hun instrumenten toveren. Cel weet het zeker. Dit wil hij ook kunnen. Op 8-jarige leeftijd krijgt hij de eerste accordeonles. Vele lessen zullen er nog volgen. Zijn bijzondere aanleg blijkt al heel snel. Op vele nationale en internationale muziekwedstrijden kaapt hij ereprijzen weg. Een prijs die nog in zijn geheugen gegrift staat, is een eerste prijs met grote onderscheiding op een internationaal concours in Hasselt. Een begonnen conservatoriumopleiding wordt door omstandigheden niet afgemaakt.
Na de lagere school gaat Cel naar de Mulo in Kerensheide, gevolgd door een opleiding aan de MTS in Eindhoven waar hij de opleiding tot typograaf volgt. De afronding van typograafopleiding vindt plaats in Utrecht waar hij zijn leermeester-gezel-diploma haalt. Zijn verdere werkzame carrière zal in het drukkersvak zijn en dan vooral het technisch gedeelte. Eind 2007 trekt hij bij de opvolger van drukkerij Huntjes de deur achter zich dicht.
Nederland kan rustig slapen…
Vanaf de jaren 60 is er weliswaar al lang vrede, maar er doemt een nieuwe vijand op: de Russen. We zitten in de periode van de koude oorlog. Kernbommen vliegen in de NAVO-landen als zoete broodjes over de toonbank. In de meeste landen worden er wel een paar van die bommen opgeslagen. Zo ook in Nederland. Het Warschaupact laat zich niet onbetuigd en bewapent zich ook.
Het is in deze periode dat Cel onder de wapens wordt geroepen. Hij wordt marinier. De wapens waarmee hij de strijd moet aanbinden met de Russen zijn indrukwekkend: een geweer. Maar goed dat Russen achter het IJzeren Gordijn zijn gebleven.
Bij de marine maakt hij voor het eerst kennis met de atletieksport. Zonder noemenswaardige training kan hij met de besten mee bij hardloopwedstrijden. Hij vraagt zich af hoe dat kan, maar de verklaring is m.i. heel simpel: waarmee je als baby begint, betaalt zich uit op latere leeftijd.
Het is ook in deze periode dat bij de meeste jonge mannen de hormoontjes hun werk beginnen te doen en dat ze aandacht krijgen voor het andere geslacht. Cel leert in 1965 een knappe, jonge meid in het ziekenhuis kennen: Els. Voor Cel is het liefde op het eerste gezicht. Els heeft nog wat meer tijd nodig, maar ook zij kan na enige tijd geen weerstand meer bieden aan de avances van deze jonge Cupido. Zijn pijlen raken haar recht in haar hart.Tien jaar later zijn ze twee dochters rijker: Carolien (geboren in 1970) en Wendy (geboren in 1973).
De eerste jaren van hun huwelijk wonen ze in Nieuwdorp. Daarna verhuizen ze naar Meers waar Els en Cel hun eigen nestje bouwen.
Een nieuwe liefde wenkt…
Na de marine verdwijnt de sport weer op de achtergrond. Gezin, werk en zijn passie, de muziek, eisen alle aandacht op. Cel speelt in een orkestje, het Trio Modena. Vooral in de kermisperiode moet hij vol aan de bak, soms wel twee tot drie keer in de week. In heel Limburg en in de grensstreek weet men hun muziek te waarderen. Zelfs de toenmalige diva Corry Konings weet hun te strikken voor een optreden. Voor Cel is dit een van de hoogtepunten in de 25 jaar die hij met het Trio Modena op de planken staat. Een andere mooie herinnering die hij koestert is het optreden in de revue met de vrouwenvereniging in het Gemeenschapshuis in Nieuwdorp.
Halverwege de jaren ‘70 manifesteren zich ook de nadelen van de vele optredens. Cel merkt dat de vele optredens in de zalen waar in die tijd nog volop gerookt wordt zijn gezondheid aantast. Hij besluit wat meer te gaan sporten. Cel schaft een koersbroek en een fiets aan, vet ter bescherming van zijn billen de zeemleer van zijn koersbroek in en begint aan zijn eerste trainingskilometers. Hij vindt al snel dat dit niet al te veel voldoening oplevert en bovendien is buiten fietsen in de winter geen lolletje. Vanaf dat moment gooit hij het over een andere boeg. Hij kiest voor een sport die hij voor het eerst beoefende tijdens zijn marinejaren en waaraan hij mooie herinneringen heeft en die hij bovendien het hele jaar door kan beoefenen: de atletieksport.
De wedstrijdatleet en zijn wereldrecord…
De trainingen hebben een Spartaans karakter. Elke werkdag om klokke 7, ’s morgens, de benen bevinden zich nog in de slaapstand, hangt Cel hangt zijn rugzak om gevuld met boterhammen, een banaantje en een drankje en begint aan een 5 km lange ren naar de drukkerij. ’s Avonds herhaalt zich dit ritueel. Via een omweggetje wordt er dan terug naar huis gelopen. Op vrijdag is dat omweggetje 25 km. Gemiddeld komt een trainingsweek uit op 100 km. In de voorbereiding op een marathon kan dit oplopen tot 140 km.
Deze noeste trainingsarbeid arbeid betaalt zich uit in een heel mooi palmares. Een kleine greep uit de talrijke ereplaatsen en overwinningen:
– In 1985 voor eigen publiek winnaar van de Kerstcross in Meers;
– In hetzelfde jaar ook een 10-e plek met oorkonde op de 15 km.-loop van AV Swift in Roermond in een prachtige tijd van 54 minuten en een handvol seconden;
– Winnaar van de Brinkloop in 1987 in Drenthe;
– In 1986 een vierde plek in een groot internationaal deelnemersveld in de 10 km van Parijs;
– In 1988 een podiumplek tijdens de 20 km van Stein;
– Begin jaren 80 mede wereldrecordhouder 24 x 1 uur estafetteloop. Samen leggen 24 atleten van AV Unitas in 24 uur 412 km en 430 meter af. Cel’s bijdrage is 16 km en 491 meter. Een fantastische prestatie! Enkele jaren later, in 1987, wordt het wereldrecord weer uit de boeken gelopen door ACC. Zij overbruggen een afstand van 418 km en 497 meter!
– Een eindtijd van 2 uur en 45 op de Grenslandmarathon in 1990;
– Winnaar van de Enci-bergloop in 1992.
Vanaf 1995 wordt het lopen van wedstrijden minder belangrijk. Af en toe wordt nog aan een loopje meegedaan. Het presteren staat dan minder centraal, het recreatieve element en het begeleiden van anderen gaan overheersen.
De trainer en zijn trainingen…..
In ’94 heeft Cel een aantal mensen om zich heen verzameld die plezier hebben in hardlopen. Na een aarzelend begin groeit de groep uit tot een redelijk constante groep van 30 á 40 volwassenen en een 20-tal jongeren. Voor beide groepen organiseert hij aparte trainingen.
De volwassenen kunnen drie keer per week van zijn ervaringen als wedstrijdatleet gebruik maken. De training voor de jongeren vindt 1x per week plaats voorafgaand aan de training van de volwassenen. Na een vijftal jaren stopt hij de met de jeugdgroep, omdat het voor één persoon niet meer te overzien is. Hij is trots dat uit deze jeugdgroep lopers en loopsters zijn voortgekomen die zich nu op een behoorlijk niveau kunnen meten in de wedstrijdsport.
We laten Cel even aan het woord hoe hij zijn trainerschap ziet.
“Ik vind het leuk om kennis over te dragen en het lopen te promoten. Ik kan er van genieten dat iemand vooruit gaat met lopen en er plezier in heeft. Tijdens de training probeer ik in te schatten wat een persoon kan. Dit probeer ik uit te bouwen door uit te gaan van de hartslag na inspanning en de rustpols. Belangrijk is ook de beginnendelopers het gevoel te geven dat zij het kunnen en dat ze vertrouwen gaan krijgen in hun eigen mogelijkheden. Mijn drie trainingen op weekbasis stem ik hier op af. Op zondag is er vrijwel altijd een rustige duurloop. Het doel is dan vooral conditie op te bouwen. Op dinsdag ligt de snelheid hoger. Momenten van hogere snelheden worden afgewisseld met momenten van lagere snelheden. Op donderdag staat een intervaltraining op het programma. De grote groep wordt gesplitst in drie groepen. Voor elke groep ligt dan het accent op hogere tempo’s.”
Meers, kloppend hart voor de wedstrijdsport…..
In 1981 en de daaropvolgende jaren is Meers een plaats die iedere wedstrijdloper kent. 10 jaar lang wordt er elk jaar de Meerser Maasloop georganiseerd. Van heinde en verre komen de lopers naar dit dorpje aan de Maas,. Op het hoogtepunt staan 700 deelnemers aan de start. Ze weten dat deelname aan deze loop altijd garant staat voor een prijs. Is het niet dat ze een prijs winnen in de loop zelf dan is er altijd na afloop met de tombola wel een prijs. Menig deelnemer gaat in die jaren met een zak aardappelen of een kerstboom naar huis.
De drijvende kracht achter deze loop, maar ook achter de Bruggenloop en de Pinksterloop is Cel. Hij is het manusje van alles: zorgt voor de prijzen, is voorzitter van het comité en geeft commentator aan de finish. Zijn finishinterviews en de verlotingen tijdens de tombola zijn legendarisch. Toeschouwers, atleten en Cel genieten.
Terugblik en vooruitblik ……
“Lopen heeft me heel veel gebracht. Het heeft me sociaal gevormd. Ik heb de wereld zien veranderen. Iedereen wil tegenwoordig voorop staan. Ze belijden dat ze tot het collectief behoren, maar in wezen staat hun eigen belang voorop. Ik vind dat mijn mening niet belangrijker is dan de mening van een ander. Ik heb het geluk gehad dat ik door o.a. door mijn sport en de betrokkenheid op anderen veel mensen heb leren kennen.
Training geven kost veel tijd. Drie keer per week paraat zijn, gaat steeds zwaarder wegen. Ik moet langzamerhand gaan afbouwen. Els maakt zich steeds meer zorgen of het nog allemaal verantwoord is op mijn leeftijd. Het accent moet gaan verschuiven van meelopen naar begeleiden. Samen met het bestuur moet we op zoek gaan naar hoe op dat een verantwoorde manier kan gebeuren.
Ik heb nu meer tijd om mij op andere activiteiten dan de loopsport te richten, zoals het op orde houden van de speelwerktuigen in de gemeente. Als kinderen genieten, geniet ik ook. Ook voor mijn allereerste liefde, de accordeon heb ik nu weer meer tijd. Spelen voor bejaarden, op festiviteiten geeft me enorm veel voldoening.
Ook uit mijn werk in commissies op gemeentelijk niveau haal ik veel plezier.
Ik hoop dat ik de komende jaren met Els nog veel trektochten met de camper kan maken naar mijn geliefde Waddeneilanden. Het is weliswaar niet meer zo spannend als in mijn jeugdjaren toen ik met Els sliep in de vrij natuur, maar toch……..”
Meer foto’s vindt u in het fotoalbum